Bami en blauwe plekken

Bami en blauwe plekken

Nicolien de Gier

03 juli 2025

In deze blog beschrijft Nicolien de Gier de soms lastige grens tussen veldwerk en privéleven. Wat gebeurt er als de verhalen van je respondenten met je mee naar huis reizen? Als het veldwerk niet stopt na werktijd, maar zich mengt met alledaagse momenten zoals koken en eten? Een persoonlijke reflectie over betrokkenheid, verantwoordelijkheid en hoe werk en privé soms door elkaar lopen.

‘Hier, proef eens... moet er nog iets bij?’ Mijn vriend houdt een lepel voor mijn mond, met daarop een dampende mix van groenten en kruiden. Hij maakt bami from scratch zoals hij het zelf zegt. Hij heeft een recept gezocht voor Surinaamse bami, op basis van ketjap. Naast wat verdwaalde chocolaatjes en een reiszieke appel heb ik die dag nog niet veel gegeten. De hele middag ben ik in contact geweest met een zwangere vrouw die onlangs door haar (ex-)vriend uit haar huis is gezet. 

Op een of andere manier grijpt haar situatie mij extra aan. Waar dat door komt, weet ik niet. Het feit dat ze even oud is? Het feit dat ze er zoveel plezier in heeft mij Spaans te leren, zodat je vergeet in wat voor verknipte situatie ze zit? Haar situatie is heel leerzaam, maar het meeleven is ook intensief en neemt al mijn aandacht in beslag. Daardoor ben ik vanmiddag dus ook vergeten te eten.

'Aan tafel' 

Mijn vriend hangt nog geduldig met de dampende lepel in de lucht. ‘Niek’? Ik neem het hapje en een sensatie van smaken vult mijn mond. Ketjap is nooit mijn favoriete smaak geweest, mijn moeder – zo considerate als ze was – probeerde het daarom zoveel mogelijk te vermijden in maaltijden. Maar het smaakt heerlijk. Ik sluit mijn ogen om even van de smaak te genieten en ik hoor mijn vriend verder werken aan zijn project in de pan. Even later hoor ik hem zeggen: ‘het is klaar, we kunnen aan tafel’! Ik grinnik vanbinnen: ‘aan tafel’ is echt een Nederlandse uitspraak. Ik heb niet eens een eettafel, we zitten vaak bij de salontafel, met onze handen op onze knieën, zodat we niets morsen op het kleed.

Satésaus

Ik pak de borden en het bestek. ‘Ik pak ook wel een onderzetter voor het pannetje met de satésaus, dan kunnen we het zo op onze borden doen’ zeg ik. ‘Argh! Ik ben de satésaus vergeten te maken’! Ik schiet in de lach, en ben niet verrast. Hoe goed hij ook kan koken, als zijn hoofd niet vastzat, lag die nu nog op zijn werk. Aangezien ik wel echt team satésaus ben, gaat hij toch nog even aan de slag.

Een arm met blauwe plekken 

Ondertussen pak ik mijn werktelefoon om te zien hoe laat het is. 19:17. Mijn oog valt op een whatsapp bericht dat is binnengekomen. Een foto van Katy; het meisje waar ik de hele middag mee doorgebracht heb. Opvallend, omdat ze mij eigenlijk nooit foto’s stuurt en enkel berichten stuurt om een afspraak te maken. Ik open het bericht en zie een drietal foto’s van haar hand en arm met blauwe plekken. Ze appt mij dat ze langs is geweest bij het huis van haar (ex-)partner en dat hij haar hand en arm tussen het raam heeft gekneld. Een misselijk gevoel nestelt zich in mijn buik. ‘Que horrible’ app ik terug, ‘ben je voor of na ons gesprek langs geweest?’ ‘Voor ons gesprek.’

‘Niek, kun je de bami even roeren?’ 

Bij kennissen op de bank

Vanmiddag heb ik Katy lang gesproken, samen met een vrouwelijke maatschappelijk medewerker. De mevrouw heeft meerdere vragen gesteld over haar gezondheid en over haar veiligheid. Ook hebben we gesproken over de rol van haar partner in de zwangerschap en opvoeding van haar baby. Ze had verder geen vragen of situaties die ze nog wilde voorleggen. Bovendien slaapt ze bij kennissen op de bank en hoeft ze op korte termijn niet terug naar het huis van haar partner.

‘Niek, de bami brandt aan’. Gedachteloos roer ik door het pannetje.

‘Ben je daar nu nog of ben je veilig?’ vraag ik. Ze appt terug dat ze weer terug is bij haar kennissen. Inmiddels is het eten klaar en schept mijn vriend de borden met bami en de vergeten satésaus op. We bidden voor het eten en we beginnen te eten.

Veldwerk meenemen naar je privéleven

Het is een van de aspecten aan veldwerk die ik het lastigst vind: het meeleven met de levens van je respondenten en vervolgens terugkeren naar je privéleven. Het klinkt als een overgang, een duidelijke scheiding tussen werk en privé, maar eigenlijk ligt dat niet zo strikt. Je neemt het veldwerk mee je privéleven in. Het veldwerk is geen acht tot vijf baan. En zo komt het dat het avond is, mijn privéleven begonnen is, het eten heerlijk smaakt, maar ik in gedachten de blauwe plekken voor me zie. Bami met blauwe plekken.